Niet overal kreeg de zaak veel aandacht, maar het is wel terecht dat wij er op letten: vorige week diende de rechtszaak tegen Benny Elwuar. Zijn school wil hem ontslaan vanwege zijn houding vooral op ‘Paarse Vrijdag’. Is dit het begin van een serie?
De spanningen liepen vooral op rond de dag die door de LHBT-beweging uitgeroepen is tot ‘Paarse vrijdag’. Steeds meer scholen doen mee aan die dag die bedoeld is voor de emancipatie van homoseksualiteit en dergelijke. Ook het Insula College te Dordrecht, waar Benny Elwuar onderwijsassistent is. Personeel werd gevraagd, op die dag een paarse armband te dragen om zo loyaliteit te betuigen. Niet iedereen was enthousiast, zo vertelt Gezin in Gevaar, maar de meesten droegen hun weigering in stilte. Zo niet Elwuar. Hij liet duidelijk zijn afkeuring van ‘Paarse Vrijdag’ horen. Hij gelooft namelijk dat God homoseksuele praktijken afkeurt. Dit leverde hem niet slechts kritiek op van de schoolleiding, maar zelfs ontslag. Daartegen tekende Elwuar bezwaar aan. De rechtszaak diende vorige week.
Uniek?
Het wordt langzamerhand een patroon, dat LHBT-kwesties een breekpunt worden. In de publiciteit zijn vooral de zaak van trouwambtenaar Pijl (2016) en van ds. A. Kort (2022).naar voren gekomen. Deze twee zaken waren nog betrekkelijk mild. De eerste betrof immers een kwestie ‘beroepshalve’. Hoezeer het ook onterecht is dat Pijl verboden werd te ‘weigeren’ om ‘homohuwelijken’ te bevestigen, er lag in elk geval een duidelijke link tussen zijn taak en zijn ontslag. De tweede kwestie is nog wat milder, omdat het bij ds. Kort uiteindelijk niet tot een rechtszaak kwam.
Maar nu gaat het dus om iemand tegen wie wél maatregelen genomen zijn, terwijl zijn opvattingen niet betekenden dat hij bepaalde taken niet wilde uitoefenen. Hij is eenvoudigweg ontslagen omdat hij niet zweeg over zijn geloofsovertuiging.
Hij is daarin echter helaas niet de eerste en ongetwijfeld zéker niet de laatste. Als bestuur van Bijbels Beraad M/V hebben wij enige tijd geleden steun gegeven aan iemand die bij Defensie op een zijspoor gezet werd. We hebben ook contact met enkele docenten op een openbare school (interview met één van hen). Gezin in Gevaar weet van diverse personen die om dit soort redenen ontslag hebben gekregen. En er broeit op dit terrein meer.
Uitholling
Wat de zaak van Elwuar betrekkelijk nieuw maakt, is dat hij in feite handelt in lijn met de opvatting van zijn werkgever. Op papier wordt de grondslag van de school namelijk gevormd door de Bijbel. Dat gaf Elwuar ruimte om er te werken én er zijn kinderen onderwijs te laten volgen. Dit deert de school niet. Zelfs ‘evangeliseren’ mocht hij niet.
Kennelijk is voor het schoolbestuur de grondslag niet meer relevant. Dat stelt zij uiteraard niet expliciet. De advocaat zegt ‘dat het Insula College als christelijke school weliswaar de Bijbel als Gods Woord tot uitgangspunt had, “maar dan wel inclusief denkend”.’ Nee, niet ‘inclusief orthodoxe gelovigen’ maar ‘inclusief alle ánderen’… Dus: zoals ‘inclusiviteit en diversiteit’ overal centraal staat, bijvoorbeeld bij de KMA, waar de lessen gevechtstactiek ingewisseld zijn voor ‘oordeelvrij communiceren’.
Dat seculiere instellingen deze gelijkheidsideologie huldigen is te begrijpen. Het aangrijpende is echter, dat het hier gaat om een christelijke instelling (hoewel helaas in praktijk seculier geworden). Immers, waar Gods Woord en de tijdgeest botsen, kiest deze school nadrukkelijk voor de tijdgeest. Helaas geldt dat voor steeds meer vanouds christelijke scholen.
Vrijmoedigheid
De meeste leerkrachten die dit artikel lezen zullen niet direct met de situatie van Elwuar geconfronteerd worden, omdat zij werken op een school die nog wél aanspreekbaar is op het Woord van God. Mensen met een reformatorische achtergrond leven sowieso relatief vaak in een behoorlijk afgeschermde omgeving. Toch moeten we állen ons afvragen, of we bereid zijn onze mond te openen.
Het voorbeeld van Elwuar stelt ons voor twee belangrijke vragen. Als eerste: zijn er christenen op posten waar het moeilijk is, klinkt uit onze mond het Woord op plaatsen waar dat niet vanzelfsprekend is? Het is goed dat er christelijke instellingen zijn, maar het is niet goed als daardoor het grootste deel van Nederland christen-loos zou zijn… ‘Gij zijt het zout der aarde’ is immers het woord van Christus. Terugtrekken uit een seculiere omgeving is daarom niet het goede antwoord op toenemende druk. Juist nu moeten we overwegen of onze roeping wellicht in een niet-christelijke omgeving ligt.
Als tweede staan we voor de vraag, wat het spreken ons mag kosten. Bij de huidige arbeidsmarkt betekent ontslag weliswaar maar zelden dat je echt werkloos wordt, maar is het toch wel een serieus offer. En er zijn geen tekenen dat de dreiging van ontslag kleiner wordt, integendeel. Dan komt het er op aan, of Christus ons werkelijk meer waard is dan andere dingen.
Ten slotte, als u iets ervaart van wat Elwuar overkomen is, wat dan? Allereerst dat u écht christen bent: ‘Heb een goed geweten, opdat in hetgeen zij kwalijk van u spreken als van kwaaddoeners, zij beschaamd mogen worden die uw goede wandel in Christus lasteren’ (1 Petr. 3:16). Vervolgens is het goed als in elk geval sommigen het – net als Elwuar – op een rechtszaak laten aankomen en niet te snel met een schikking tevreden zijn. Al is het maar, opdat het christelijk getuigenis ook in de rechtszaal mag klinken (Matth. 10:18). En als laatste, neemt u in zo’n geval gerust contact met ons op, wellicht kunnen we wat voor elkaar betekenen.
Dit artikel is met toestemming overgenomen van Bijbels Beraad M/V
Auteur: Ds. M. van Reenen