Wij leven als christenen in de verwachting van Christus’ komst. Wij zijn op weg naar een nieuw hoogtepunt in Gods wegen met de wereld en de schepping. Christus komt terug met macht en majesteit, en allen die Hem toebehoren zullen delen in Zijn heerlijkheid. Misschien staat die gebeurtenis vlak voor de deur. Dit vooruitzicht drukt een stempel op ons leven: misschien vandaag? Het kleurt ons doen en laten.

De avondmaalsviering staat ook in dit licht, zoals de apostel Paulus ons duidelijk maakt: ‘Want zo dikwijls u dit brood eet en de drinkbeker drinkt, verkondigt u de dood van de Heer, totdat Hij komt’ (1 Kor. 11:26). Dit is een bekende tekst in verband met de wederkomst. De viering van het Avondmaal is dan ook van grote betekenis voor ons persoonlijk leven en het gemeentelijke leven. Het eten van het brood en het drinken van de wijn bepaalt ons telkens bij het feit dat de dood van Christus de grondslag is van alle zegeningen die wij persoonlijk en gezamenlijk hebben ontvangen. Als de gestorven Heiland, Die verhoogd is op het kruishout, trekt Hij onze blikken namelijk tot Hemzelf (Joh. 12:32-33). Onze aandacht is op Hem gericht. Hij is het Middelpunt van Zijn verlosten en wij weten ons met Hem verbonden. Wij hebben deel aan Hem en met Hem. Het brood dat wij breken, is de gemeenschap van het lichaam van Christus. De drinkbeker waarvoor wij God dankzeggen, is de gemeenschap van het bloed van Christus.

Verleden, heden en toekomst komen bij de avondmaalsviering dicht bij elkaar. Wij denken aan wat Christus door Zijn komst in het vlees, door Zijn vernedering op aarde tot in de dood, door Zijn lijden en sterven op het kruishout tot stand heeft gebracht. Wij denken aan Hem in overeenstemming met Zijn laatste wens: ‘Doe dit tot Mijn gedachtenis’. Wij roepen in herinnering Wie Hij voor ons is en wat Hij voor ons heeft gedaan. Maar de viering is ook een verkondiging, die plaatsvindt in het heden. Wij spreken over de waarde van Zijn dood en proclameren de grote betekenis van Zijn Persoon en Zijn volbrachte werk tegenover mensen en engelen, die in de gemeente het resultaat kunnen zien van Gods veelvoudige wijsheid (zie 1 Kor. 11:10; Ef. 3:10). Maar wij doen dit in een wereld die Hem heeft verworpen en naar het kruishout heeft verwezen. Zo leggen wij in de huidige genadetijd getuigenis af van de betekenis van Zijn dood en opstanding en van de grote waarde van Zijn verlossingswerk.

Auteur Hugo Bouter

Overgenomen met toestemming van: https://www.oudesporen.nl/rechtstreeks/Rechtstreeks2023-02.pdf

Vergelijkbare berichten