In het boek Hooglied bezingt Salomo de liefde tot zijn bruid. Op basis van dit poëtische Bijbelboek schrijft Bijbelleraar Ger de Koning een reeks lessen over de omgang tussen man en vrouw vóór en in het huwelijk. Ook de omgang van gezinsleden onder elkaar komt aan de orde.
Inleiding
In de periode 2009-2013 heb ik in Schmalkalden, Duitsland, lezingen over het boek Hooglied mogen houden. Een eerste voorstel voor een onderwerp voor de lezingen was huwelijk en relaties. Aangezien ik de voorkeur aan een Bijbelboek geef, heb ik voorgesteld na te denken over het boek Hooglied. Uit dat Bijbelboek kunnen we veel leren over de relaties tussen man en vrouw vóór en in het huwelijk, tussen ouders en kinderen, en tussen kinderen onderling in het gezin.
In een aantal afleveringen wil ik deze lessen met de lezer delen. Mijn gebed daarbij is dat we zullen zien hoe mooi de oorspronkelijke bedoeling van de Bedenker van het huwelijk en het gezin is. Hij heeft de blauwdruk, het ontwerp, van het huwelijk en het gezin in Zijn Woord vastgelegd en uitgewerkt. Als we Zijn ontwerp kennen, zal ons dat tevens helpen elke afwijking of vervalsing ervan te herkennen. Op individueel niveau kunnen we daarbij denken aan de oprukkende genderdiversiteit; op huwelijks- en gezinsniveau kunnen we denken aan zaken als ongehuwd samenwonen, homoseksuele relaties en meeroudergezinnen.
God heeft Zijn Woord, de Bijbel, ook als ‘gebruiksaanwijzing’ bij Zijn oorspronkelijke bedoeling gegeven. Het is raadzaam die te raadplegen om te weten hoe het huwelijk en het gezin naar Zijn bedoeling functioneren. Dat gaan we in deze en de volgende afleveringen dan ook doen. Het belang van het raadplegen van Gods ‘gebruiksaanwijzing’ wil ik met een voorbeeld verduidelijken. Stel, ik rijd met een nieuwe auto op de snelweg. Op een zeker ogenblik wordt het ineens donker. Omdat ik de auto niet ken, weet ik niet hoe ik de lichten moet aandoen en veroorzaak ik een ongeluk. Moet ik dan de schuld voor het ongeluk op de ontwerper van de auto schuiven? In het instructieboekje dat bij de auto hoort, staat precies aangegeven hoe ik de lichten aan en uit kan doen. Daarvan had ik eerst kennis moeten nemen, voordat ik met die auto de weg opging. De toepassing op het huwelijk en het gezin ligt voor de hand.
Met dit voorbeeld wil ik niet zeggen dat het aangaan van een huwelijk en het vormen en functioneren van een gezin net zo eenvoudig zijn als het aan- en uitdoen van autolichten. Dat zit heel wat ingewikkelder in elkaar. Het gaat daarbij namelijk niet om het aanleren van technische handelingen, maar om het leren kennen van en omgaan met de diepste menselijke gevoelens.
Het Hooglied
Ik moet eerlijk zeggen dat ik het een behoorlijk waagstuk vond om over het boek Hooglied lezingen te houden. Hooglied is een poëtisch boek en ik ben niet zo poëtisch aangelegd. Als we dat boek lezen, kunnen we denken: Gaan wij als man en vrouw zo met elkaar om? Spreken wij als man en vrouw over en tot elkaar zoals dat in dit boek gebeurt? Ik houd veel van mijn vrouw en probeer haar dat ook op mijn manier te laten merken en horen. Maar dat is wel enigszins anders dan in dit boek wordt beschreven, of beter: wordt bezongen.
Toch staan deze uitingen van liefde in Gods Woord. Het heeft ons daarom iets te zeggen. Ook van dit Bijbelboek geldt dat het door God is ingegeven omdat het nuttig is ‘om te leren, te weerleggen, te verbeteren en te onderwijzen in [de] gerechtigheid, opdat de mens Gods volkomen is, tot alle goed werk ten volle toegerust’ (2 Timotheüs 3:16-17).
Zoals opgemerkt, gaat het in Hooglied over een liefdesrelatie, met name over een relatie van liefde tussen een man en een vrouw. We kunnen wat daarvan wordt gezegd, toepassen op ons huwelijk. Veel ervan kunnen we ook toepassen op ons gezin. Van wat we in dit boek over liefde lezen, kunnen we veel leren over de manier waarop we naar elkaar kijken, hoe we elkaar zien en wat we tegen elkaar zeggen. Kortom: we kunnen ervan leren hoe we met elkaar behoren om te gaan.
Een zoektocht
Salomo is de schrijver van het Hooglied. Er staan drie boeken van Salomo in de Bijbel. Behalve het boek Hooglied heeft hij ook de boeken Spreuken en Prediker geschreven. In alle drie de boeken zegt Salomo iets over een vrouw.
Salomo had duizend vrouwen (1 Koningen 11:3), maar de juiste vrouw, de vrouw met wie hij een echte liefdesverhouding kon hebben, was er niet bij. Hij heeft haar ‘onder de zon’ gezocht, maar moest tot de conclusie komen: ‘Een vrouw onder die allen heb ik echter niet gevonden’ (Prediker 7:28).
In het boek Prediker –de ‘prediker’ is Salomo– wordt het leven alleen op horizontaal niveau bekeken. De prediker beziet en onderzoekt alles ‘onder de zon’ (Prediker 1:14). De slotsom van zijn onderzoek is dat alles vluchtig, ijdelheid, leeg is. Zolang een mens de vervulling van zijn verlangens alleen onder de zon zoekt –ongeacht of het daarbij gaat om een man of een vrouw of iets anders–, zal zijn hart geen waar geluk vinden. De zoektocht van Salomo naar de ware liefde blijft in het boek Prediker dan ook zonder resultaat.
Vervolgens horen we in Spreuken de vraag: ‘Wie zal een deugdelijke vrouw vinden?’ (Spreuken 31:10a). Spreuken is het boek waarin vanuit het heiligdom van God Gods licht schijnt over de weg die wij onder de zon gaan. In dat boek horen we iets over wat er in het hart van Salomo leeft over de vrouw die hij zoekt, hoe ze moet zijn. In het vervolg van Spreuken 31 wordt er een beschrijving van haar gegeven. Het antwoord op de vraag blijft weliswaar open, maar zijn zoektocht heeft wel zin gekregen omdat hij zich nu in het licht van het heiligdom bevindt. Hij weet nu naar wat voor soort vrouw hij moet zoeken.
In het Hooglied heeft hij haar gevonden. Hooglied is als het ware het heilige der heiligen, waar de oorsprong ligt van de intieme omgang tussen de bruidegom en de bruid. Salomo is zo blij dat hij haar heeft gevonden, dat hij een lied over haar schrijft.
Uitingen van liefde
Het boek beschrijft de ontwikkeling van de gevoelens van liefde tussen Salomo en een meisje, zijn bruid, voor wie hij liefde heeft opgevat. Het is een liefdesverklaring van Salomo aan het begin van een relatie die hij met het meisje opbouwt.
Jonge geliefden laten elkaar weten dat ze van elkaar houden. Als je elkaar niet dagelijks ziet, kun je dat doen door elkaar te schrijven. Als je eenmaal bent getrouwd, woon je bij elkaar en schrijf je elkaar niet meer. Toen mijn vrouw en ik nog verloofd waren, schreven we brieven aan elkaar. Toen wij het later eens over de brievenschrijverij in onze verlovingstijd hadden, zei ze dat ze nog wel eens een brief van mij wilde hebben. We waren op dat moment bijna vierendertig jaar getrouwd. Ik heb haar toen een brief geschreven over wat zij al de tijd dat wij getrouwd zijn voor mij is gaan betekenen als vrouw, als moeder van onze kinderen en als oma van onze kleinkinderen. Die heb ik haar gegeven op de dag dat we vierendertig jaar getrouwd waren.
Vrouwen verlangen naar zulke uitingen. Het is goed dat een man zijn vrouw regelmatig vertelt wat ze voor hem betekent. Hij kan dat op zijn eigen manier doen. Het is ook goed als een vrouw haar man eens vraagt wat ze voor hem betekent.
Daaraan kan nog worden toegevoegd dat het goed is om ook onze kinderen en kleinkinderen af en toe te zeggen dat we van hen houden en zeggen hoe blij we zijn dat ze tot het gezin en de familie behoren. We kunnen ze dat ook laten voelen bijvoorbeeld door de kleintjes op schoot te nemen en ze voor te lezen. De oudere kinderen kunnen we dit laten voelen door belangstelling voor hun studie of plannen te tonen. Het zijn uitingen die we misschien wel moeten leren, maar het is belangrijk dat we regelmatig ‘onze liefde aan hen verklaren’.
Meer dan Salomo
Dat het Hooglied is geschreven door Salomo, blijkt uit het eerste vers van het boek: ‘Het Hooglied, dat van Salomo is.’ Het Hooglied is niet zomaar een lied, een lied waarvan alleen gezegd zou kunnen worden dat het een heel goed lied is. Nee, het is ‘het lied der liederen’, het hoogste lied, het lied dat alle andere liederen overtreft. Door de stem van Salomo heen horen we in dit lied de stem van de Heer Jezus. De Heer Jezus vergelijkt Salomo met Zichzelf en zegt dan dat Hij meer is dan Salomo (Mattheüs 12:42). We horen in dit lied de stem van de Heer Jezus Die tot het hart van Zijn bruid spreekt. In dit lied zingt de grootste Liefhebber Die de wereld ooit heeft gekend over de vurigste liefde die ooit is getoond.
Dit lied is voor God van zo groot belang, dat Hij het in Zijn Woord heeft opgenomen. Het is Zijn bedoeling dat wij dit lied met de grootste aandacht zullen lezen om daardoor de gevoelens van Zijn liefde voor Zijn volk en voor ieder die een persoonlijke, levende relatie met Hem heeft te leren kennen. Als wij door dit lied die gevoelens met ons hart gaan begrijpen, zal dat ons helpen uiting te geven aan onze liefde voor Hem. Het zal ons ook helpen in onze uitingen van onze liefde naar onze geliefde. Daar willen we vooral naar kijken.
De kus
Het lied begint plotseling. Zonder enige inleiding horen we in vers 2 ineens hoe het meisje, de bruid, haar verlangen uitspreekt naar de uitingen van liefde van de bruidegom: ‘Laat hij mij kussen met de kussen van zijn mond.’ Ze valt als het ware met de deur in huis, zo vol is ze van zijn liefde. Ze kent die liefde: ze weet dat het een ‘uitnemende liefde’ is.
Het meisje zegt niet over wie ze het heeft, van wie haar hart zo vol is. Dat hoeft ook niet. Er is immers niemand anders dan die ene. Ze zegt dat ze verlangt naar de intieme uitingen van liefde van de bruidegom: ze verlangt ernaar door hem gekust te worden. De kus is een uitdrukking van innige, persoonlijke liefde. Niemand kan twee personen tegelijk kussen. Een kus is een uiting van liefde voor één persoon.
Dit verlangen gaat veel verder dan het gewone verlangen naar een uiting van liefde. Ouders en hun kinderen en familieleden kussen elkaar (Genesis 27:26-27; 29:11, 13; 31:28, 55; 33:4; 45:15). Dat soort kussen zijn een uiting van een hartelijke begroeting, zonder de speciale gevoelens die aanwezig zijn bij het kussen van die ene geliefde. Een kus in een relatie van liefde is exclusief, hij is alleen van of voor die ene. Het is belangrijk die uiting van liefde te bewaren voor die ene persoon met wie je je leven deelt of wilt delen.
Seksuele prikkels beheersen
In Spreuken 7 spreekt Salomo met zijn zoon over de noodzaak van seksuele zelfbeheersing, de noodzaak om ‘nee’ te zeggen tegen aanbiedingen van lichamelijke intimiteit buiten het huwelijk. Wat Salomo doet, is navolgenswaardig voor iedere vader. Salomo, die toch een drukke baan heeft, neemt de tijd om met zijn zoon een PG te hebben, een Persoonlijk Gesprek. Welke vader neemt daar vandaag nog de tijd voor?
Salomo geeft zijn zoon voorlichting in de vorm van een verhaal. Het is een opvoedkundig verhaal waarvan het doel is, om zijn zoon ernstig te waarschuwen voor de verleiding door de vreemde vrouw. Hij is op de hoogte van de wereld waar zijn zoon doorheen moet en waar het gevaar van de vreemde vrouw dreigt. Als het gaat om seksuele gevoelens is de vreemde vrouw iedere andere vrouw dan de eigen, wettige vrouw – dat wil zeggen: de vrouw die God voor iemand heeft bestemd. Hij is niet zo naïef om te denken dat zijn zoon altijd wel met een grote boog om ‘de vreemde vrouw’ heen zal lopen.
Het verhaal dat Salomo vertelt, is niet verzonnen. Hij geeft een ooggetuigenverslag, niet als een gluurder, maar als een leraar. Zijn verslag stelt de zonde niet als aantrekkelijk voor, maar bevat een ernstige waarschuwing om de zonde te ontwijken en te ontvluchten. Het is een van de levendigste beschrijvingen van de verleiding tot zonde in de Bijbel.
Hij beschrijft hoe hij een jongeman heeft gezien die doelloos op straat rondslenterde en langzaam maar zeker in de richting van het huis van de vreemde vrouw ging. Toen de jongen vlak bij haar was, overrompelde ze hem. Ze greep hem vast en kuste hem (Spreuken 7:6-13). Ze begon met hem te kussen. Daardoor kreeg ze hem in haar macht. Zonder een spier te vertrekken palmde ze hem verder in, zodat ook het laatste restje innerlijke weerstand bij de jongen afgebroken werd. (Voor een gedetailleerde toelichting en toepassing van Spreuken 7 zie het commentaar op mijn website https://www.kingcomments.com/nl/bijbelstudies/Sp/7.)
We zien hier dat een kus die alleen uit een zelfzuchtig verlangen naar seksuele opwinding wordt gegeven, iemand op een weg brengt waarbij hij of zij in de macht van een ander komt. Tegenwoordig kunnen ook gebruikers van moderne communicatiemiddelen via bepaalde tekens hun gevoelens uiten of daarop inspelen. Vooral voor jonge gelovigen liggen hier valkuilen. Laat je niet meeslepen in het versturen of beantwoorden van berichten die de gevoelens prikkelen. Zulke berichten overschrijden de door God gegeven grenzen. Bewaar je uitingen van liefde voor hem of haar die de Heer je wil geven of gegeven heeft.
Als Paulus zegt dat het goed is voor een mens geen vrouw aan te raken (1 Korinthiërs 7:2), wil dat zeggen dat het goed is om ongetrouwd te blijven en wel met de bedoeling helemaal vrij te zijn om voor de Heer te werken (1 Korinthiërs 7:26,32). Hij bedoelt niet dat je een vrouw geen hand mag geven. Toch is een waarschuwing tegen een al te intieme omgang met iemand van het andere geslacht op zijn plaats. Wees voorzichtig met het omhelzen en kussen van, of je laten omhelzen en kussen door, iemand van het andere geslacht (vgl. Spreuken 6:29). Daar kunnen huwelijksproblemen door ontstaan. Jaloersheid speelt al snel een rol in al te vriendschappelijke omgang.
Voor uitingen van liefde in gezinsverband gelden trouwens ook grenzen die niet mogen worden overschreden. Er moet rekening worden gehouden met het verschil dat er is tussen man en vrouw en tussen ouders en kinderen. In het huwelijk kussen man en vrouw elkaar vaak zonder seksuele opwinding, bijvoorbeeld als de man naar zijn werk gaat en als hij weer thuiskomt. Het is goed dat kinderen zulke uitingen van genegenheid bij hun ouders zien. Er zijn ook gelegenheden dat die seksuele opwinding tussen man en vrouw wel een door God gegeven en daarom geoorloofde rol speelt. Bij het kussen van de kinderen mag van enige seksuele opwinding uiteraard geen sprake zijn. Ook zal er een duidelijk verschil zijn in de kus die een vader zijn dochter geeft die naar volwassenheid groeit en de kussen waarmee hij haar bedekte toen ze nog baby en peuter was.
Beter dan wijn
Het verlangen van de bruid naar de kussen van de bruidegom is geen egoïstische hunkering naar bevrediging van een seksuele behoefte. Haar verlangen naar de uitingen van zijn liefde komt voort uit het gevoel van de liefde die er tussen hen is. Zij weet dat zijn verlangen ook alleen naar haar uitgaat. Ze heeft de liefdesbetuigingen van de bruidegom ervaren. De uitingen van zijn liefde gaan alle aardse vreugden, waarvan de wijn een beeld is, te boven (Richteren 9:13; Psalm 104:15).
Wij kunnen hieruit leren dat zulke uitingen van liefde in onze relatie alles wat op aarde met geld kan worden gekocht in de schaduw stellen. Er was een man wiens vrouw hem had verlaten. Ze hield het niet langer bij hem uit. Hij had het tot de Heer uitgeschreeuwd. Toen hij erover vertelde, zei hij: ‘Ik weet niet wat ik verkeerd heb gedaan. Ik heb haar alles gegeven wat ze wilde.‘ De reactie luidde dat er méér is dan iemand alles geven wat hij of zij wil. Het is belangrijk dat het hart wordt bereikt. Liefde kun je niet kopen, je kunt je liefde niet alleen door cadeautjes laten zien. Als je iets geeft, moet het hart zichtbaar worden. Dan is de liefde pas echt beter dan wijn. Dan is er een innerlijke vreugde.