De kracht van de liefde en de onmacht van de wet
Ruth, hoofdstuk 4
(Ruth 4:1-6) In de poort van de stad vonden in Israël de rechtszaken plaats. In de tegenwoordigheid van de vereiste getuigen verwerft Boaz zich daar Ruth tot vrouw, nadat hij eerst de naaste bloedverwant de gelegenheid gegeven heeft, om dat ook te doen. Op het kruis van Golgotha heeft de Heere Jezus de volledige losprijs betaald. Hij heeft alle rechten verworven met het oog op het herstel van Israël en ook om Zijn hemelse Bruid (De Gemeente) te bezitten. Er was een naaste bloedverwant, die in deze geschiedenis een beeld is, namelijk de wet van Mozes, die rechten heeft op de mens zolang hij leeft. De wet belooft het leven aan eenieder die alle 613 geboden gehoorzaamt.
Die naaste bloedverwant wilde de erfenis, maar kon er niet in toestemmen om Ruth ook tot zich te nemen. Als hij dat wel deed dan zou hij zichzelf verarmen en zijn eigen erfenis te gronde richten, want het vermogen van de kinderen van Ruth zouden noch aan hem noch aan zijn familie toekomen. Een treffend beeld van de wet die wel kan eisen en vragen maar nooit kan geven. Het huwelijk met de wet is een slecht huwelijk (Rom. 7)
Boaz is een beeld van de Heere Jezus, die andere Bloedverwant in Wie de kracht van het leven is, want Hij is opgestaan uit de dood. Wat de wet niet kon doen, dat heeft God gedaan door Zijn Geliefde, Zijn enige Zoon in de volheid van de tijd naar deze aarde te sturen (Gal. 4:4).
Hier is de ontknoping van de geschiedenis. Het gaat niet alleen om de erfenis, maar ook om de erfgenaam. Machlon aan wie God het land geleend had was gestorven. De enige uit wie een erfgenaam geboren kon worden, was Ruth de Moabitische. De wet verbood de Moabieten tot aan het tiende geslacht om ook deel uit te maken van Israël. De wet kan zijn geboden niet veranderen of tegenspreken (Deut.23:3). Dus is er genade nodig. De opgestane Heere Jezus kan alleen het probleem van de verlossing wegnemen.
De tien oudsten in de poort zijn getuigen geweest van het feit dat Ruth is vrijgekocht door Boaz.
De dood van de Heere Jezus is de vervulling van de wet

De wet eiste een leven als zoenoffer voor de zonde of anders het leven van de zondaar.
De Heere Jezus heeft Zijn leven gegeven voor onze zonden (Rom. 5:8).
(Ruth 4:7-10) De Heere Jezus heeft daarom alle rechten op ons leven.
Hij, die het eerste recht om te lossen bezat heeft openlijk moeten erkennen dat hij niet in staat was. Zo heeft de Heere Jezus de “schuldbrief” die tegen ons getuigde door zijn inzettingen en die tegen ons was, uitgewist en uit de weg geruimd, door deze aan het kruis te nagelen (Kol.2:14). Bij Boaz vinden wij de kracht van de liefde om de hele erfenis van Elimelech, Machlon en Chiljon te kopen en vervolgens terug te geven aan Naomi en Ruth. En in zijn liefde neemt hij Ruth tot vrouw. Zij wordt nu mede-erfgename van alle bezittingen van Boaz.
Het is belangrijk dat wij inzien welk een geestelijke schat wij bezitten (Op.3:11):
“Zie, Ik kom spoedig. Houd vast wat u hebt, opdat niemand uw kroon zal wegnemen”

(Ruth 4:11,12) De Heere wil wel dat wij openlijk getuigenis geven van Zijn Genade.
(Ruth 4:13-15) Ruth was onvruchtbaar geweest, bij haar eerste man. Zij wordt wel vruchtbaar nu zij verenigd is met Boaz. Alleen zo dragen wij vrucht, verenigd met God, door Christus (Kol.2:19).
Zodra Ruth een zoon heeft, komt haar naam in dit boek niet meer voor. We vinden haar wel terug in het geslachtregister van de Heere Jezus (Matt.1:5).
(Ruth 4:16,17) De vrouwen zegenen Naomi en het is opmerkelijk dat de Zoon Obed “dienstknecht” genoemd wordt of ook wel Losser. De Heere Jezus is de ware Losser!
Naomi neemt het kind en legde het op haar schoot. Zij werd zijn verzorgster. De buurvrouwen geven de baby die naam. Het toekomstige huis van Israël zal zich, net als Naomi, verheugen in hun Messias en ze zullen samen met Jesaja zeggen: (Jesaja 9:5,6) “Want een kind is ons geboren en een Zoon is ons gegeven en de heerschappij rust op Zijn schouders en men noemt Hem: Wonderbaar, Raadsman, Sterke God, Eeuwige Vader, Vredevorst.” De Heere Jezus heeft ons gediend en dient ons!
Later in heerlijkheid “zal Hij Zich omgorden en hen aan tafel nodigen en bij hen komen om hen te dienen” (Luk.12:37) Zo zien wij Hem voor eeuwig als Dienstknecht.
Ruth maakt, door geloof, deel uit van het Koninklijk geslacht
(Ruth 4:18-22)
Perez betekent: “Die krachtig doorbreekt” (zie ook Gen.38:29). Zijn eigen kracht werkt in ons.
Hezron betekent: “Omgeven of omtuind“. De Gemeente is een beschermde tuin.
Ram betekent: “Verheven“. Welk een verheven positie hebben wij in de Messias.
Amminadab betekent: “Van goede wil“. Dat verwacht de Heer van Zijn verlosten.
Salmon betekent: “Bekleed“. Wij zijn bekleed met de Heere Jezus (Rom. 13:14).
Boaz betekent: “In Hem is de kracht“. Dat is de kracht van de liefde van Jezus.
Obed betekent: “Dienstknecht“. Een van de heerlijkste titels van onze Heiland.
Isaï betekent: “Hij die is” of “Jehova is“: De Heere Jezus is God onze Heiland.
David betekent: “Vriend” of “Beminde“. De Heere Jezus is de Beminde van de Vader en wij die in Hem geloven zijn de Beminden van God in Hem (Efz.1:6).
Alle namen in dit gedeelte wijzen op de glorie van de Heere Jezus en op de glorie van Zijn Gemeente. Ruth maakt, door het geloof, deel uit van de Koninklijke lijn waaruit – naar het vlees – de Heere Jezus geboren is. Ruth de vreemdelinge en Rachab, waarvan Boaz ook familie is, zijn de twee vrouwen die speciaal vermeld worden in het geslachtregister van Mattheus 1 en dit toont ons duidelijk wat de genade van God, ook met zondaren zoals wij kan doen.

Hoe diep en wijs zijn de raadsbesluiten van de Heere God! Als een waterstroompje vindt het geloof ingang in het hart van deze arme, Moabitische weduwe. Dit waterstroompje zal uitmonden in de onmetelijke oceaan van de hemelse heerlijkheid door Hem die het Zaad van de vrouw is (Gen.3:15).
Het begon met dat vastberaden besluit op de grens van Moab en Israël. Orpa ging terug voor een man. Ruth ging door om te leven onder de vleugels van de God van Israël en later onder de vleugels van Boaz. Nadat Ruth aan zijn voeten had gelegen ging Boaz haar dienen. De Heere Jezus verlangt dat wij aan Zijn voeten liggen tot die schitterende morgen.
Met dank aan en toestemming van dhr. J. Schep geplaatst. Zie ook: www.johan-linda.com